Autistisch spectrum : Kernsymptomen
Het eerste kernsymptoom van ASS heeft betrekking op wederkerige sociale interactie. Erg op jezelf zijn, gênant gedrag vertonen of onhandig zijn in sociale situaties is op zich niet voldoende. Het probleem komt vooral duidelijk naar voren bij interacties met gelijken. In het geval van jonge kinderen zijn dat andere kinderen, en niet volwassenen. Die zijn immers graag bereid ongemakkelijke sociale situaties weg te poetsen. Een duidelijk teken van afwezigheid van wederkerige sociale interactie, is wanneer de neiging ontbreekt om met andere kinderen om te gaan.
- Atypisch oogcontact: de persoon maakt nauwelijks oogcontact of staart anderen juist te
lang aan en maakt inbreuk op hun persoonlijke ruimte
- Moeite met het aflezen van de emoties van anderen uit hun gezichtsuitdrukking, stem of
houding
- Moeilijk kunnen accepteren dat er verschillende manieren zijn om ergens tegenaan te kijken
en niet slechts één juiste manier
Het tweede kernsymptoom, dat met het eerste samenhangt, betreft communicatie. In essentie hangt het vermogen tot communicatie af van de erkenning dat er een boodschap wordt overgebracht. Voorwaarde is dat de ene persoon wenst te communiceren en de ander de boodschap wenst te ontvangen. Die communicatie hoeft niet per se de vorm te hebben van gesproken woorden, het kan ook om gebaren of gezichtsuitdrukkingen gaan. Zonder de signalen die met het zenden en ontvangen van een boodschap gepaard gaan, is er geen sprake van werkelijke communicatie.
- Neologismen (het gebruik van zelfverzonnen woorden in plaats van gebruikelijke
benamingen*)
(*Kenmerkender voor klassiek autisme dan voor het Asperger-syndroom.)
Het derde kernsymptoom heeft betrekking op herhalend gedrag en beperkte interesses. Wat is er precies zo autistisch aan dit soort verschijnselen die de meeste ouders van jonge kinderen niet geheel onbekend voorkomen? Wat typerend is voor autisme, is dat zulke herhalingen zover kunnen gaan en dat die interesses iets obsessiefs krijgen. Zulk herhalend gedrag kan ook worden opgevat als een extreme koppigheid. Er is in feite sprake van een sterk verzet tegen verandering en een grote weerzin tegen nieuwe dingen. Elke dag weer precies hetzelfde doen – naar dezelfde video kijken, precies hetzelfde eten – dat is het soort extreme gedragspatroon dat bij autistische kinderen wordt aangetroffen. Bij autistische volwassenen valt dit gedrag niet zo duidelijk op, omdat zij inmiddels vaak een groter repertoire aan gedragspatronen hebben aangeleerd.
- Obsessieve interesses (bijvoorbeeld alles aanraken, stenen verzamelen, lieveheersbeestjes
verzamelen, informatie over een beperkt onderwerp verzamelen, enzovoort)
- Draaien aan de wieltjes van een speelgoedauto en gehypnotiseerd raken door draaiende
voorwerpen (zoals een wasmachine, ventilator, molenwieken)
(*Kenmerkender voor klassiek autisme dan voor het Asperger-syndroom.)
Daarnaast zijn er kenmerken die niet duidelijk binnen de kernsymptomen vallen:
- Op bepaalde vlakken een benedengemiddeld IQ of een verstandelijke beperking*
- Verhoogde kans op epilepsie*
- Overgevoeligheid voor bepaalde geluiden, stoffen op de huid, smaken, geuren en
temperaturen
(*Kenmerkender voor klassiek autisme dan voor het Asperger-syndroom.)
Deze informatie is afkomstig uit het boek Autisme en Aspergersyndroom van Simon Baron-Cohen.