Snak je naar koolhydraten? Ben je verslaafd?
Doe deze korte test over je relatie met koolhydraten.

Voel je meteen een beloning of ‘kick’ als je zoet, zetmeelrijk of bewerkt voedsel eet? JA/NEE

Eet je bijna alle dagen vijf of meer porties koolhydraten (afgezien van zoetigheid, maar inclusief pasta, brood, aardappelen, rijst en granen)? JA/NEE

Drink je vaak gezoete of gearomatiseerde dranken (inclusief vruchtensap en kunstmatig gezoete dranken)? JA/NEE

Snack je vaak tussen de maaltijden door? JA/NEE

Eet je drie of meer porties fruit per dag? JA/NEE

Eet je vaak grote porties koolhydraatrijk voedsel bij bijna al je maaltijden, zodat meer dan 30% van je calorieën bestaat uit zetmeelrijke en geraffineerde koolhydraten zoals brood, pasta, aardappelen, rijst en granen? (De volkoren varianten hiervan tellen ook mee als zetmeel!) JA/NEE

Eet je vaak om jezelf beter te voelen, bijvoorbeeld wanneer je teleurgesteld bent, onder druk staat of ruzie hebt gehad? JA/NEE

Eet je grote porties? JA/NEE

Voel je je vaak niet voldaan, ook kort na de maaltijd? JA/NEE

Krijg je zin in eten van de aanblik, de geur of de gedachte aan eten, ook als je net hebt gegeten of geen honger hebt? JA/NEE

Raak je de controle regelmatig kwijt en eet je dan veel meer dan je eigenlijk wilt, en dan vooral snacks, junkfood of snoep? (Dit kan ook betekenen dat je eet tot je je niet lekker voelt, misselijk wordt of echt ziek wordt.) JA/NEE

Rechtvaardig je je eetgedrag vaak door te denken: ‘Voor een keertje’, of: ‘Later ga ik gezonder eten/op dieet/het eraf sporten?’ JA/NEE

Denk je vaak aan eten? Betrap je jezelf er overdag vaak op dat je aan eten denkt? JA/NEE

Eet je af en toe stiekem? JA/NEE

Snack je soms ’s avonds laat of ’s nachts? JA/NEE

Voel je je vaak schuldig of beschaamd over wat je eet, maar merk je toch dat je kort daarna weer aan het eten bent? JA/NEE

Hunker je vaak naar koolhydraten of voel je je rillerig, prikkelbaar, bang of zweterig zonder eten? JA/NEE

Tel het aantal ‘ja’s’ op en kijk bij welke groep je hoort:

0-3 Je lijkt niet verslaafd te zijn.
Je kunt koolhydraten laten staan wanneer je wilt. Waarschijnlijk heb je een vrij gezonde houding ten opzichte van eten.

4-8 Je zou verslaafd aan koolhydraten kunnen zijn.
Je houdt van je koolhydraten, maar hebt het waarschijnlijk wel onder controle. Daarvoor heb je een bepaalde mate van zelfbeheersing nodig, en soms is dat wel een uitdaging voor je. Voor veel mensen is het probleem met koolhydraten: hoe meer je ervan eet, hoe meer je ervan wilt. Het is een hellend vlak.

9-13 Je bent matig verslaafd aan koolhydraten.
Je eet veel meer dan goed voor je is, en dat weet je. Waarschijnlijk voel je je daar niet goed over. Je hebt waarschijnlijk bijna altijd honger, bent sterk gericht op eten en vindt het soms moeilijk om je hunkering naar koolhydraten in bedwang te houden, omdat je een beetje insulineresistent bent. Waarschijnlijk loop je het risico om diabetes te krijgen, als je het niet al hebt. Zorg dat je je regelmatig medisch laat onderzoeken.

14-17 Je bent ernstig verslaafd aan koolhydraten.
Voor jou is koolhydraten mijden een zeer grote uitdaging. Je hebt waarschijnlijk altijd honger, bent sterk gericht op eten en voelt je slecht en schuldig over je eetgedrag. Zeer waarschijnlijk ben je insulineresistent (metabool syndroom). Gezien de hoeveelheid koolhydraten die je nuttigt en je ongezonde relatie daarmee, loop je een zeer groot risico om diabetes te krijgen, als je het niet al hebt. Het is absoluut noodzakelijk dat je je regelmatig medisch laat onderzoeken.